Vorig schooljaar vertelde een collega dat zij gestopt was met nakijken. Dat deden de leerlingen zelf. Dit jaar is dat dus één van mijn voornemens: niet meer nakijken maar door de leerlingen zelf laten doen. En, als bewijs van vertrouwen, het eigen werk, niet dat van een klasgenoot.
Waarom?
Waarom zou je leerlingen zelf laten nakijken?
- Ze moeten hun huiswerk ook nakijken. Waarom het proefwerk dan niet?
- Bij het nakijken van het huiswerk beoordelen de leerlingen hun werk nogal eens met een blik van: “dit is toch ook goed”. Bij het proefwerk kan dat niet, dat maakt (hopelijk) kritischer bij het nakijken van het huiswerk.
- Leerlingen krijgen zo uit de eerste hand zicht op wat er goed of fout gegaan is.
- Een nagekeken proefwerk teruggeven is een frustrerende bezigheid: leerlingen gaan puntjes jagen zonder te onderzoeken wat er nu echt goed of fout is.
- Leerlingen worden dan zelf geconfronteerd met slordigheid, onleesbaarheid, chaos op het blaadje, enz.
- En, met wat sturing, wordt er gekeken naar de soort fout.
- En, met wat sturing, wordt er in het hoofdstuk gezocht of een soortgelijke opgave in het hoofdstuk staat of dat de opgaven “echt heel anders zijn”.
En: ik verlang van leerlingen een net schrift, met heldere tussenstappen en correcte notatie. Natuurlijk doe ik dat voor. Maar op het proefwerk moet echt goed. En dan blijkt bij het nakijken dat al die aanwijzingen serieus zijn en dat het niet naleven consequenties heeft. Hiermee wordt de impact van al die aanwijzingen (hopelijk) groter. Het wordt van “hij geeft geen punten zonder tussenstappen” naar “ik mag geen punten noteren omdat de tussenstappen ontbreken”. Het laatste blijkt harder aan te komen en beklijft hopelijk beter.
Workflow
Het traject begint met het samenstellen van het proefwerk. Daarna wordt een (zéér) gedetailleerd nakijkvoorschrift gemaakt. Vervolgens wordt het gemaakte werk van de leerlingen (nog niet nagekeken) door de scanner gehaald.
De nakijk-les start met het leegmaken van het tafeltje en het verspreiden van het nakijk-formulier en het gemaakte werk.
Daarna wordt opgave voor opgave, de toets nagekeken. Bij de drie iPad klassen die ik les geef, staan de antwoordvellen op de ELO en worden die opgave voor opgave vrijgegeven. In klas 1, folio-klassen, is het verspreiden en innemen van antwoordvellen een logistiek feestje. Leerlingen lopen dan af en aan met uitdelen en innemen.
In de lessen waarin nagekeken is, heb ik de hulp van een collega wiskunde gekregen. In klas 1, meetkunde, was dat onontbeerlijk. Daar waren zoveel vragen en onzekerheden. In klas 2havo was het ook héél erg handig, maar niet noodzakelijk. In 2vwo kon ik het alleen goed af.
Na het nakijken heb ik het scoreformulier en het gecorrigeerde werk nog een keer door de scanner gehaald. Per leerling is het dan wel een hele stapel (digitaal) werk, maar het bleek toch handig.
Wat maakt er uit bij het nakijken?
Allereerst natuurlijk het leerjaar. Klas 1gymnasium vindt het spannend en wil het goed doen. In klas 2 heeft een enkeling het bij genoemde collega al eens meegemaakt. En in 2havo is er meer tumult dan in 2vwo.
Ook de inhoud maakt uit: meetkunde (klas 1gym) blijkt veel lastiger na te kijken dan algebra (klas 2).
Ervaringen
Hoe kan je het succes meten van het zelf nakijken? Ik hoop op een kritische houding t.a.v. het eigen werk. Dat is een lange-termijn doel. Maar dat start wel nu. Om dat inzichtelijk te maken kijk ik naar de verschillen in punten tussen de leerlingen en mijzelf.
Op het nakijkformulier moeten leerlingen noteren hoeveel punten zijn menen gehaald te hebben. Dat wordt vergeleken met de volgens mij behaalde punten:
Klas | gemiddeld verschil | te behalen | percentage |
a | 2,8 | 36 | 8% |
b | 3,0 | 46 | 7% |
c | 1,2 | 38 | 3% |
d | 4,9 | 38 | 13% |
In de tabel zien we vier klassen. Het verschil is het verschil tussen punten die de leerlingen zichzelf gegeven hebben en wat ik toegekend heb. In klas a rekenen de leerlingen zich dus voor bijna 3 punten, ongeveer 8% rijk.
Uit de verschillen blijkt dat nakijken ook een vaardigheid is die je moet leren. Vooral doorrekenfouten bij algebra, zijn voor leerlingen lastig te beoordelen. Daarbij was de instructie aan de leerlingen dat zij de doorrekenfout moesten laten controleren door buurman/buurvrouw. Wat trouw gebeurde, want het zou nog punten kunnen opleveren. Voor de buren weer een mooie oefening.
Zelf nakijken is ook confronterend voor leerlingen. Gedurende het uur merken ze dat ze te weinig punten hebben, dat ze een onvoldoende gaan halen. Dat levert dan tranen op.
Eerlijk
Gaat het zelf nakijken eerlijk? Om dat te kunnen controleren is voordat er nagekeken werd, al het werk gescand. Dat maakt controle hierop eenvoudig.
In klas a is niet gecontroleerd op opzettelijk fout nakijken. In de andere klassen wel. In klas b was er 1 leerling (van de 25) die verbeterd heeft in plaats van nagekeken. In klas c waren dat er 3 (van de 26). Dieptepunt was klas d met 8 (van de 28) leerlingen die niet helemaal eerlijk waren. Met allen is een gesprek gevoerd met de “ééns maar nooit weer”-boodschap, een mail naar huis en een notitie voor de collega’s in Magister. Omdat leerlingen fouten mogen maken en (vooral voor klas 1) er eerst gewaarschuwd moet worden voordat er sancties zijn, deze eerste keer niet meer dan die waarschuwing.
Reacties
Op het nakijken reageren vooral de 1gym en de 2vwo leerlingen positief. Die gaan enthousiast aan de slag om te ontdekken wat ze allemaal goed hebben.
De 2havo leerlingen zijn kritischer, vooral wanneer ze doorkrijgen dat ze het niet zo goed gedaan hebben. Daar komt ook de vraag “waarom moeten wij zelf nakijken, dat is toch uw werk?”. Zij vinden ook de toelichting die ik gegeven heb, onvoldoende. Het ging toch goed zoals ze gewend zijn?
Voor sommige ouders is de boodschap dat zoon/dochter niet helemaal eerlijk is geweest een vervelende. Dan komen ook de scans van pas. Op mijn mailtje komen pittige mails terug. Die ouders krijgen het ingeleverde, het gecorrigeerde en de puntenlijst per ommegaande in de mail zodat ze de conclusie zelf kunnen controleren. Het staat hier neutraal, maar ondanks dat er geen onvertogen woord in de berichten stond, schrok de stagiaire wel van de toon en inhoud van de berichten.
Succesfactoren
Elementen die bijdragen aan het succes:
- Extra handen in de klas (collega, stagiair etc)
- iPad-klas en ELO
- Inhoud die eenvoudig na te kijken is
- Optimisme over het lange-termijn-leereffect van zelf nakijken bij leerlingen.
Overzicht.
Het overzicht van de blogpost hierover krijg je hier.
1 Pingback