Op de VO-school waar ik werk hebben drie groepjes collega’s het boek Regie in de Klas van Tom Bennett gelezen. Veel geleerd. En zoals te verwachten, zie je daardoor meer. Wat ik ook zag was een collega die aan het begin van de loopbaan staat en grote moeite had met het op orde houden van de les. Netjes volgens het boekje gingen de namen van de leerlingen die zich niet wisten te gedragen op het bord. Dat gaat goed totdat…

Het staat in veel boekjes over orde houden: je waarschuwt een leerling, dan gaat de naam op het bord en daarna .. daarna ga je de rest van de escalatieladder op. Hoe langer ik er over nadenk, hoe meer kanttekeningen ik heb bij deze aanpak. Waarom?

Er zijn regels in de les. Het zijn de regels van de school, ingevuld door jou voor jouw les. Die heb je duidelijk gemaakt. Uitgelegd, toegelicht, etc. Die zijn dus bekend. Een leerling kan daar per ongeluk overheen gaan. Waarschuwing. En dan sta je volgens mij op een keuzepunt. Ga je de namen-op-het-bord route op, dan ben je verplicht een soort boekhouding bij te houden wie al een waarschuwing gehad heeft, wie de tweede, wie op het bord moet etc. Eindeloos. Tegelijkertijd geef je als docent het bericht af: over de regel heen gaan, kan één, twee, drie keer gebeuren. Niks aan de hand. Want: er is geen sanctie die de leerling raakt. De betrokken leerling ziet dat, en de klas ook. Het geeft de andere leerlingen een vrijbrief om ook een regel te overtreden.

Bennett noemt een paar overwegingen om het anders te doen:

  • Elke leerling heeft recht op een les waarin geleerd kan worden.
  • De norm voor wat acceptabel is, ligt bij jouw grenzen én bij de grenzen die de zwakste leerling zou willen.
  • De norm komt voort uit de les: die moet voor iedereen onverstoord zijn. Dat is feitelijk de enige regel.
  • De klas als groep is belangrijker dan de individuele leerling.
  • Een overtreding die zonder gevolg blijft, is geen overtreding.
  • Sancties, gevolgen op een overtreding, zijn er voor de overtreder én voor de klas.
  • Hard op de regel, zacht op de sanctie.
  • Regels handhaven is een te voorziene omstandigheid en moet je als docent voorbereiden.

Wellicht zijn er meer overwegingen, maar deze vond ik al heerlijk duidelijk. Hoe moet het dan?

Een situatie in staccato-beschrijving maakt duidelijk hoe ik dit nu aanpak:

In de wiskundeles zit leerling A tijdens de uitleg met buurman te praten. De les wordt stilgelegd. De regel, tijdens de uitleg wordt er niet gepraat herhaald. De sanctie, domme strafregels wordt benoemd. Checkvraag of de regel duidelijk is. A zegt dat de regel duidelijk is. Docent vult aan: dit geldt dus voor de hele klas. De uitleg gaat verder. Een paar minuten later begint B te praten. De les wordt kort onderbroken. B krijgt het strafwerk uitgereikt. Toelichting van de docent: “Praten levert strafregels op, dat wist je. Ga maar aan de slag.” De les gaat verder. De leerling maakt in de les het strafwerk. Die mist dan de uitleg en (in mijn les standaard) de gelegenheid om alvast een begin te maken met het huiswerk. De leerling moet dus thuis meer doen.

Met deze aanpak

  • Geef je lik op stuk.
  • Maak je aan de klas duidelijk dat elke waarschuwing voor iedereen geldt.
  • Is de docent geen boekhouder.
  • Zien leerlingen dat regels gehandhaafd worden en overtreden gevolgen heeft.

De les verstoren, in het voorbeeld, met praten, is het enige dat telt. Maar kan allerlei vormen hebben. Van het gooien van propjes, het trekken van grimassen, lawaai maken enz enz. Maakt niet uit. Het stoort. Het moet stoppen. Niet straks, nu.

Bennett, Tom. (2022). Regie in de klas (G. Verbrugghen, Vert.; 2de dr.). Phronese.
Photo by Taylor Flowe on Unsplash