Recentelijk had ik een lesbezoek van mijn leidinggevende. Hij schoof aan bij de les van 2h over Pythagoras. We zijn aan het einde van het hoofdstuk en doel was aan de hand van de herhalingsopdrachten te kijken of we op koers zijn. Van de leerlingen had ongeveer de helft het huiswerk gemaakt, een kwart gaf aan alles helemaal te snappen.

Na de start van de les heb ik een inventarisatie gehouden. Welke opgave moeten we gaan bespreken. De opgave die voor het proefwerk het meest van belang is, heb ik gekozen. Waarom, aldus de leidinggevende, heb je niet gedifferentieerd en degenen die al klaar waren wat anders laten doen? Een breakout-room, een Kahoot (of iet dergelijks)? Waarom moesten ze in de les blijven? Goede vraag.

Bij de voorbereiding van de les, heb ik dit overwogen. Maar uiteindelijk toch gekozen om het niet te doen. En dan lopen verschillende argumenten door elkaar heen.

Wat nu als je als docent voorziet dat enkelen klaar zijn met de stof.

  • Dan moet je dus een aanvullende opdracht klaarzetten. Een breakout-room is niet moeilijk, maar een goede opdracht maken wel.
  • De gewone les zo organiseren dat een deel van de leerlingen weggaan & weer terugkomen in de les. Kost tijd en is gedoe. Leidt iedereen af.
  • De extra opdracht ook nabespreken. Hoe dat moet in 40 minuten weet ik niet.

Het werk van de leerlingen is altijd een punt van zorg.

  • Leerlingen dénken dat ze de opgave goed hebben, maar hebben niet nagekeken.
  • Ook al hebben ze de opgave goed, dat die goed in het schrift staat, is nog maar de vraag. Bij dit onderwerp laat de manier van opschrijven bijna altijd te wensen over. Ook bij de goede leerlingen.
  • Ook al hebben ze de opgave goed, bij de bespreking worden accenten gelegd die ze ook mee moeten krijgen.

Stel je voor, je hebt je werk gedaan, zelfs nagekeken. En dan:

  • word je uit de groep gehaald. Echt, dat wil je niet als leerling;
  • krijg je extra werk. Dat voelt 2h niet als beloning;
  • word je door je klasgenoten gezien als studje;
  • kan je niet kunt shinen, aan de docent laten merken dat je goed bezig bent;
  • krijg je een opdracht die belangrijk is (want hij wordt besproken) niet goed mee;
  • heb je opdrachten die je goed kan, haal je een mooi resultaat (weliswaar geen cijfer, maar wel de complimenten), krijg je een opdracht die een stapje moeilijker zijn, die je niet echt goed kunt. Mag je niet gewoon genieten van het feit dat je iets goed kan?

Meer algemeen:

  • Hét argument voor brede brugklassen, is dat de zwakken zich kunnen optrekken aan de sterken. Vervolgens stuur je de sterken weg. Klinkt niet heel samenhangend. Je houdt een groepje met zwakke leerlingen over.
  • Gepersonaliseerd leren, maatwerk in de klas, in het PO zo gewoon, in het VO een zeldzaamheid. En met reden. Ik zie mijn leerlingen 3 uur per week. En niet vijf dagen. Het is een stokpaardje van de politiek, gecontroleerd door de Inspectie. Het is overvragen.

 

Photo by Jesse K. on Unsplash