Uitdagen tot leren is uitdagen tot leven.
Met dit citaat opent de Bildungkalender het jaar 2017. Het citaat is uitgezocht door minister Bussemaker. Zij citeert hiermee het blad Van 12 tot 18 dat Helen Parkhurst weer citeert.
Sleutelpassage in de bijdrage van de minister is volgens mij: “De persoonlijke ontwikkeling van de scholier en de student hoort centraal te staan in het onderwijs, naast de zo belangrijke kennisoverdracht”.
In 1985 nam ik deel aan een internationale studentenconferentie van de WSCF. Studenten uit de hele wereld kwamen bij elkaar bij een dorpje nabij het Finse Turku. Daar werden de problemen, en de eventuele oplossingen voor vraagstukken die studenten aangingen besproken. Studenten afkomstig uit dictatoriaal bestuurde landen zochten de oplossingen voor hun problemen in het particulier initiatief. Studenten afkomstig uit democratisch bestuurde landen zochten die juist in meer overheidssturing. En waar zit de minister dan? Hoe verhoudt zich dat tot de vrijheid van ouders, schoolbesturen en docenten?
Nederland heeft gelukkig een lange traditie in het absorberen van onbezonnen ideeën voor het onderwijs. Waren de aanbevelingen van de Commissie Wagner wellicht het andere uiterste, maar juist in een samenleving waarbij kennis vloeibaar is, zijn vaardigheden voor dienstverlenende beroepen als kapper, loodgieter of aannemer van groot belang om hier de welvaart op niveau te houden.
In een parlement en regering waarbij de overgrote grote meerderheid een academische opleiding heeft gehad, is een dergelijk citaat van Parkhurst muziek in de oren. Ik heb het niet zo op staatspedagogiek sinds ik uit de eerste hand gehoord heb waar het toe kan leiden, helemaal niet wanneer het ongeveer 55% van de leerlingen vergeet: degenen die straks het praktische werk komen verzetten in Nederland.